51 - 55
56 - 60
61 - 65
66 - 70
Signaalwoorden
100
to deliver

bezorgen

100

vacancy

vacture

100

to borrow

lenen
100

meanwhile

ondertussen

100

but

maar

200

snail mail

(gewone) post

200

to strike

staken

200
contribution

bijdrage

200

contemporary

tijdgenoot / eigentijds

200

yet

echter

300

to top up

opwaarderen

300

to appoint

benoemen

300

liable for

aansprakelijk (voor)

300

contrary to

in tegenstelling tot

300

provided that

mits / op voorwaarde dat

400

cutting

knipsel

400

temporary

tijdelijk

400

to some extent

tot zekere hoogte

400

to postpone

uitstellen

400

owing to

vanwege / door

500

to fall short of

niet voldoen aan

500

to be entitled to

recht hebben op

500

numerous

talrijk

500

instalments

termijnen
500

neither ... nor ...

noch ... noch ...

M
e
n
u