Fysieke ontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling
Socio-emotionele ontwikkeling
100

Een kleuter kan zijn waarnemingen beter sturen dan een lager schoolkind.

(Juist/fout)

Fout: Een lager schoolkind kan zijn waarnemingen beter sturen dan een kleuter

100

De benaming 'schoolkind' past goed bij de leeftijdsfase 6-12 jaar, omdat een kind nu in staat is om belangrijke vaardigheden aan te leren die het later als volwassene nodig zal hebben.

(Juist/fout)

Juist

100

De peergroup biedt ook feedback aan. De peers zeggen wat ze van je vinden: dit noemen we de sociale spiegel die ze je voorhouden. Op deze manier leer je veel over je peers. 

(Juist/fout)

Fout: Je leert veel over jezelf!

200

Noem twee fijn-motorische vaardigheden die we besproken hebben in de les.

Keuze uit:

- Aankleden

- Schrijven

- Tekenen

- Computer 

- Knippen

200

"Het kind gaat dus niet meer af op zijn intuïtie, maar zal echt redeneren." 

--> Deze fase noemen we het concreet ... denken. 

concreet OPERATIONEEL denken

200

Wat is genderdysforie? 

het diep gevoel van ontevredenheid over het geslacht waarmee je geboren bent

300

Noem één van de grofmotorische vaardigheden die verbeteren tijdens de lagere schoolperiode.

Keuze uit:

- Elasticiteit

- Evenwichtsbeheersing

- Snelheid en behendigheid

- Kracht

300

(Jonge) kleuters denken egocentrisch. Dat betekent dat ze ...

moeite hebben om de gedachten van een ander te begrijpen

300

Het sociale netwerk in de lagere school is vooral gericht op het eigen geslacht: meisjes spelen met meisjes en jongens met jongens. 

Dit noemen we:

segregatie van de seksen

400

... is een beschermlaag rond de zenuwcellen in de hersenen en die zorgt dat de elektrische prikkels sneller worden doorgegeven. 

Myeline

400

We spraken in de les over classificeren. Welke twee zaken bespraken we hierbij?

(Tip: denk aan de kat en de konijnen)

1) Ze kunnen voorwerpen indelen in categorieën

2) Ze beseffen dat een categorie een onderdeel kan zijn van een grotere categorie.

400

Geef twee nadelen die een peergroup kan hebben. 

Keuze uit:

- groepsdruk

- negatief effect op zelfvertrouwen

- uitsluiting

500

Waarom noemen we het lagere schoolking soms "l'enfant parfait". 

(2 redenen!)

1) Lichaamsbouw met de juiste verhoudingen

2) Kan zijn lichaam optimaal gebruiken

500

Waarom denkt een kind van 5 soms dat er minder water is als je het in een bredere beker giet?

Omdat de denkmogelijkheid van conservatie nog niet ontwikkeld is. 

500

In de 1ste graad van de lagere school beschouwen kinderen hun vriendjes als diegene waarmee ze veel tijd doorbrengen. In de 3de graad beschouwt men iemand als vriend wanneer die aan twee eigenschappen voldoet. Welke?

"Een vriend is iemand die je altijd kan vertrouwen én die altijd voor je klaar staat."

M
e
n
u