Ik ga naar de les
Voy a clase
Ik heb wiskunde
Tengo matemáticas
Ik heb Nederlands
Tengo holandés
Op vrijdag
El viernes
op zaterdag en zondag
El sábado y el domingo
Ik kleed me aan
Me visto
Ik heb toneel
Tengo teatro
Ik heb Engels
Tengo inglés
Ik kijk naar een film
Veo una película
Het weekend
El fin de semana
Ik sta op
Me levanto
Ik heb pauze
Tengo recreo
Ik heb gym
Tengo gimnasia
Ik speel videogames
Juego a videojuegos
Ik ga naar het huis van een vriend
Voy a casa de un amigo
Ik douche
Me ducho
Ik ga naar huis om te eten
Voy a comer a casa
Ik ga naar de les
Voy a clase
Ik chat met vriendinnen
Chateo con amigas
Ik doe aan sport
Hago deporte
Ik poets mijn tanden
Me lavo los dientes
Buitenschoolse activiteiten
Extraescolares
Ik eet een broodje
Como un bocadillo
Ik ga uit met vrienden
Salgo con amigos
Ik ga naar het huis van mijn grootouders
Voy a casa de mis abuelos