handhygiëne
standaardvoorzorgsmaatreglen
Anatomie en fysiologie
IV katheters
Nazorg en onderhoud
Beperking van de risico's
100
Mechanische, chemische en bacteriele soorten.
Noem 3 verschillende soorten flebitiden?
100
Handen van medewerkers, IV vloeistoffen
Noem 2 toegangswegen van contaminatie
100
Vena cephalica.
Noem een belangrijke vene van de onderarm
100
Zichtbare terugstroom van bloed in de kamer van de katheter.
Wat is een primaire flashback.
100
Gebruik naaldloze toedieningssystemen, niet recappen, naaldencontainer in de buurt
Noem 3 voorzorgsmaatregelen om prikaccidenten te voorkomen.
200
Het verschuiven van de naald van intra- naar extravasaal
Wat verstaat men onder transfixatie?
200
Veilig omgaan met en weggooien van naalden?, handschoenen? dragen
Noem 2 standaardvoorzorgsmaatregelen om infecties te voorkomen
200
Endotheellaag.
Hoe heet de binnenste laag cellen van een vene?
200
Aseptisch werken, desinfecteren en overtollig haar verwijderen.
Noem 3 factoren die belangrijk zijn voor insertie?
200
Paramedisch personeel (waaronder verpleegkundigen).
Wie hebben de grootste kans op prikaccidenten?
300
2 symptomen zijn: afbreken van de huid en brandend gevoel
Noem 2 symptomen van extravasatie?
300
Duim en toppen van de vingers.
Welke delen van de handen worden tijdens desinfectie vaak over geslagen?
300
Een symptoom is vasoconstrictie.
Noem een symptoom van een sympathische reactie.
300
Knikresistent, hoge biocompatibiliteit,verbeterde radiodetecteerbaarheid.
Noem 3 voordelen van BD Vialon
300
Prikaccident met een holle met bloed gevulde naald.
Wat geeft het hoogste risico op besmetting?
400
Bij bloed na 24 uur en bij vloeistoffen na 96 uur.
Wanneer moeten infuuslijnen vervangen worden bij toediening van bloed en wanneer bij toediening van vloeistoffen?
500
2 x de inhoud van het volledige infuussysteem.
Wat is het ideale flushvolume bij een perifeer infuus ?
M
e
n
u