Personen
Jaartallen
Begrippen I
Begrippen II
100

De zonnekoning

Lodewijk XIV
100

Het jaar waarin Napoleon de macht grijpt

1799

100

Een regeringsvorm waarin de koning alle macht heeft en zelf boven de wet staat

absolutisme

100

Verdraagzaamheid tegenover andersdenkenden, met name tegenover mensen met een ander geloof

Tolerantie

200

Russische Tsarin

Catharina De Grote

200

Het jaar van de Bestorming van de Bastille

1789

200

Fundamentele rechten van individuele burgers tegenover de staat, die worden vastgelegd in een grondwet.

Grondrechten

200

Volwaardig lidmaat van een staat, met alle rechten en verplichten van dien

Staatsburger

300

Bedenker van de Trias Politica

Montesquieu

300

Afschaffing Slavernij in Nederland

1863

300

De rechten die ieder mens van nature heeft, zoals het recht op leven, bezit en vrijheid

Natuurlijke rechten

300

Het goddelijk recht op grond waarvan de koning met absolute macht regeert.

Droit Divin

400

Leider van de Franse Republiek tijdens de Terreur

Robespierre

400

Glorious Revolution

1688

400

De overtuiging dat logisch en verstandelijk redeneren de zuiverste bron van kennis is.

Rationalisme

400

De overtuiging dat je de werkelijkheid het beste leert kennen door waarneming via de zintuigen en door experimenteren

Empirisme

500

Verlichte vorst van Oostenrijk

Jozef II

500

Het jaar waarin voor het laatst de Staten-Generaal van Frankrijk bijeen worden geroepen

1614

500

Het idee dat het bestaan van God blijkt uit de werking van de natuur (natuurwetten). Soms wordt God ook niet meer als persoon gezien.

Deïsme

500

Aanduiding van een periode waarin een kritische houding ontstond tegenover geloof en traditie en een groot vertrouwen in de mogelijkheid de wereld rationeel te doorgronden

De Verlichting

M
e
n
u