Ich bin ein regelmäßiges Verb (werkwoord).
Hoe wordt ik vervoegd?
e - st - t -en - t - en
200
1685
Hugonotten fliehen nach Berlin
200
Die Hugenotten sind aus Frankreich nach Deutschland und auch in die Niederlande ......... .
geflohen
200
Dan zie je zwart voor ogen en val je om...
in Ohmacht fallen
200
Was hat er gemacht?
Noem de woorden die in de Lernboxen 2 en 3 staan in het Duits.
Er hat verliebte Soldaten verheiratet die unverheiratet bleiben mussten.
200
Welche Wochentage gibt es? Und wie sage ich:
op woensdag? Welk grammaticaal geslacht hebben de weekdagen?
Montag, Dienstag, Mittwoch, Donnerstag, Freitag, Samstag
Sonntag
- Am Mittwoch
- der (m.)
300
1838
Die erste Eisenbahnstrecke wird eröffnet
300
Kannst du mir mal ....... warum es hier so arsch kalt ist?
Mir ........ ja schon fast die Füße ab!
erklären
frieren
300
Ik ben helemaal gek op de jongen uit klas H3C.
In één Duits zelfst. naamwoord woord .. die
die Schwärmerei
300
Wie was Lose ziehen? Erzähl!
Während des Lupercalia Festes zogen Männer und Frauen Lose. Manche wurden verliebt ineinander.
300
Leg de grammatica regel Wissel e > i/ie uit.
Noem 2 voorbeeld werkwoorden
Een werkwoord met een lange e in de stam krijgt bij
du en er/sie/es een ie in plaatst van e
Bij een korte e = i zonder e erachter
lesen = liest
geben = gibst
400
1961
Die Mauer wird gebaut
400
Nach der Schule mache ich e..... ............ . Ich habe nicht d... ......... um zu studieren.
eine Ausbildung
das Wissen
400
In een relatie heeft men dit weleens, dan gaat het niet zo goed met haar of hem.
Vertaal ook het woord relatie.