ENG - DUTCH
NL - ENG
ENG - DUTCH 2x
NL - ENG 2x
Grammar
100

to fly 

I am going to fly to China

vliegen


100
vos


Een vos wordt blind geboren

fox

100

to take care of 


She likes to take care of herself. She always looks well put together

verzorgen

100

muis


Er zijn muizen in het huis

mouse

100

Ik loop elke dag naar de winkel

I walk to the store everyday

200

penguin


That penguin over there reminds me of Happy Feet

penguin

200

Dier

Een hond is mijn lievelingsdier

animal

200

to bark

Our dogs always bark at birds

blaffen


200

huisdier

Wij hebben een huisdier thuis! 

pet
200

Zij woont in New York


She lives in New York


300

to bite

The dog bites his toy

bijten

300

varken


Moslims eten geen varken. Dat is haram

pig
300

bone


Humans have 206 bones in their body

bot

300

schaap

Het wol van een schaap is lekker warm

sheep

300

Hij draagt altijd een pet

He always wears a hat

400

pet-friendly


This shop is pet-friendly!

huisdiervriendelijk

400

koe


In India eten ze geen koe. Een koe is heilig volgens de Hindoestanen. 

koe

400

to walk a dog


She walks the dog three times a day

een hond uitlaten

400

geit 

Hij heeft een geit in de schuur staan

goat

400
Mijn hond drinkt nooit water

My dog never drinks water

500
animal shelter


Animals who are left behind go to an animal shelter

dieren asiel

500

konijn

Mijn konijn heeft een lieve staart

rabbit

500

Surprise question!!!!!!!!!!

How old is Miss Bekkering?

500

voeren


Ik voer de eendjes graag

to feed

500

Zij drinken elke dag melk

They drink milk everyday