Zie je de zon vaak?
Nee, ik zie de zon niet vaak.
Heeft België een president?
Nee, België heeft geen president.
Woon je alleen?
Nee, ik woon niet alleen.
Is het eten in België goedkoop?
Nee, het eten in België is niet goedkoop.
Heb je een auto?
Nee, ik heb geen auto.
Heeft Leuven veel parken?
Nee, Leuven heeft niet veel parken.
Nee, Marokko is geen buurland van België
Werk jij in de vakantie?
Nee, ik werk niet in de vakantie.
Werkt hij in een school?
Nee, hij werkt niet in een school.
Ga je met de auto naar school?
Nee, ik ga niet met de auto naar school.
Is België een groot land?
Nee, België is geen groot land.
Komt Katia uit Leuven?
Nee, Katia komt niet uit Leuven.
Werkt Els in de luchthaven?
Nee, Els werkt niet in de luchthaven.
Komt Bert jou bezoeken?
Nee, Bert komt mij niet bezoeken.
Heb je een broer of zus?
Nee, ik heb geen broer of zus.
Ga jij morgen naar de dokter?
Nee, ik ga morgen niet naar de dokter.
Is zij dokter?
Nee, zij is geen dokter.
Schrijft de dokter een ziektebriefje?
Nee, de dokter schrijft geen ziektebriefje.
Is jouw appartement donker?
Nee, mijn appartement is niet donker.
Eet jij een pizza?
Nee, ik eet geen pizza.
Woon je in Nederland?
Nee, ik woon niet in Nederland.
Maak jij foto's?
Nee, ik maak geen foto's.
Is Herent een stad?
Nee, Herent is geen stad.
Woon jij in de stad?
Nee, ik woon niet in de stad.
Eet jij graag een pizza?
Nee, ik eet niet graag een pizza.