Cursist B antwoordt.
samen koken?
Heb jij al eens op Valentijn samen gekookt?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn samen gekookt.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn samen gekookt.
op het strand wandelen?
Heb jij al eens op Valentijn op het strand gewandeld?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn op het strand gewandeld.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn op het strand gewandeld.
iemand dumpen?
Heb jij al eens iemand op Valentijn gedumpt?
+ Ja, ik heb al eens iemand op Valentijn gedumpt.
- Nee, ik heb nog nooit iemand op Valentijn gedumpt.
(huilen?)
Heb jij al eens op Valentijn gehuild?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn gehuild.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn gehuild.
een romantische film kijken?
Heb je al eens op Valentijn een romantische film gekeken?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn een romantische film gekeken.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn een romantische film gekeken.
op restaurant gaan
Ben jij al eens op Valentijn op restaurant gegaan?
+ Ja, ik ben al eens op Valentijn op restaurant gegaan.
- Nee, ik ben nog nooit op Valentijn op restaurant gegaan.
een liefdesbrief schrijven?
Heb jij al eens op Valentijn een liefdesbrief geschreven?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn een liefdesbrief geschreven.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn een liefdesbrief geschreven.
bloemen krijgen?
V: Heb jij op Valentijn al eens bloemen gekregen?
A: + Ja, ik heb al eens op Valentijn bloemen gekregen.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn bloemen gekregen.
een cadeau kopen?
Heb jij al eens op Valentijn een cadeau gekocht?
+ Ja, ik heb al eens op Valentijn een cadeau gekocht.
- Nee, ik heb nog nooit op Valentijn een cadeau gekocht.
in Parijs zijn?
Ben je al eens op Valentijn in Parijs geweest?
+ Ja, ik ben al eens op Valentijn in Parijs geweest.
- Nee, ik ben nog nooit op Valentijn in Parijs geweest.